Eind 2024 leek het er erg op dat Bureau Europa in Maastricht de deuren moest sluiten. Het platform voor architectuur en design kreeg geen geld van het Stimuleringsfonds voor de komende vier jaar. Met beperkte ondersteuning van de gemeente Maastricht en de provincie Limburg, en een andere programmatische aanpak denkt directeur-bestuurder Floor van Spaendonck nu toch door te kunnen. “We hebben gekeken wat de absolute bottomline is om een bepaalde kwaliteit te garanderen. Dat is het gebouw als fysieke plek zodat mensen ons weten te vinden en een vast team van drie personen.”
Die vaste krachten worden betaald volgens de cao Zorg en Welzijn, een regeling die er al was toen Van Spaendonck in 2021 begon bij Bureau Europa. “Maar de cao voor musea is specifieker en past beter. Daar gaan we op termijn ook naartoe en de contracten worden omgezet.”
De groep medewerkers met een vast contract was voorheen groter. “Schoonmakers en de communicatiemedewerker zijn nu onderdeel geworden van de flexibele schil. In totaal werken we met vijftien zzp’ers: een fotograaf, een grafisch ontwerper, gespecialiseerde timmerlui, een opbouwploeg van vijf personen en twee specialisten voor communicatie op lokaal en landelijk niveau. We toetsen hun tarieven aan de richtlijnen van De Zaak Nu.”
“Ik bel regelmatig rond in Maastricht om te horen wie wat verdient. Dan heb je een benchmark en worden de verschillen niet te groot. Toen ik hier begon hebben we de tarieven aanzienlijk verhoogd want toen was er echt een gat ten opzichte van andere instellingen. In drie jaar tijd is er 40% bijgekomen voor de opbouwploeg en de suppoosten. Liefst zou ik er nog iets bovenop doen maar de begroting laat het niet toe. Ook voor spaarregelingen en opleidingstrajecten hebben wij simpelweg de middelen niet.”
“Maar daarin zijn we ook heel helder richting de mensen die voor ons werken: dit is een springplank waar je misschien niet het volle pond verdient maar wel heel veel kunt leren. Als junior curator mag je bijvoorbeeld meehelpen een tentoonstelling te maken, echt ervaring opdoen als curator, wat in een groot museum vaak jaren duurt voordat je daaraan toekomt. We zien ook dat medewerkers doorstromen naar onder andere het Bonnefanten Museum. We geven ze toegang tot ons netwerk, kennis en kunde. En als ze de ruimte willen gebruiken, bijvoorbeeld om een performance te geven, dan kan dat.”
De zes vrijwilligers van Bureau Europa helpen bij evenementen en geven rondleidingen – deels Engelstalig. “Zoals onze medewerkers vaak afkomstig zijn van de kunstacademie, zo hebben de vrijwilligers merendeels een universitaire achtergrond”, vertelt Van Spaendonck. “Ze zijn betrokken en treden op als ambassadeurs. Wij betalen ze een vrijwilligersvergoeding van €5 per uur maar ze worden ook uitgenodigd voor activiteiten en krijgen een kerscadeau.”
Nu de inkomsten van Bureau Europa zijn gehalveerd, gaat het roer inhoudelijk om. “We gaan ons richten op projecten in de buitenruimte waarbij we kunnen optreden als bemiddelaar. Zo dwingt de omgevingswet die in 2024 is ingegaan de gemeente om bewoners te betrekken bij vergroeningstrajecten. Een uitdaging voor de gemeente maar ook een hoop business voor ons.”
